CAMSO testdag... met Val hillebrand

[Raceboy]

Nadat eerst Anthony Van den Oetelaar en Gerrit Van den Haut de verschillende Camso V8 rijklaar gemaakt hadden en Anthony ook nog even de vochtige plaatsen op de baan droog gereden had, kwamen de testrijders aan de beurt.



Tony Roots voelde zich niet lekker in de rode #88; na 12 ronden was hij bekaf. Later stapte hij over naar de lila #58 met de zeer licht sturende power-steering; een gedaanteverandering. Alhoewel deze auto niet perfect afgesteld was ging hij na enkele ronden veel sneller dan met de rode auto. Toen de trainingsrondjes voorbij waren, was zijn eerste uitspraak “That’s it”. De betaling gebeurt volgende week via bank en de auto komt hij later afhalen. Tony Roots is ex-wereldkampioen Superstox; daar hij niet meer van de jongsten is, heeft hij het duwen bij de Superstox (zeer gelijkaardig aan Formule 2 Brisca) opgegeven en in 2003 bij de Legends gereden. Waarschijnlijk gaat hij het stuurwiel delen met zijn zoon Chris Roots, welke volgend jaar wat minder actief zal zijn bij de F2 Brisca.



Dave Van Haarlem had na een vijftal ronden reeds de harmonie tussen de auto en de baan gevonden; zuivere rijstijl en direct zeer snel. “ Ik ben er dit jaar zeker bij; waarschijnlijk niet op de eerste wedstrijd – ik heb namelijk zeer veel werk met de verhuis van mijn bedrijf – maar eind mei moet lukken. Eerst bouw ik mijn ex Rodeo auto van Baarlo om en wie weet, koop ik er eind dit jaar een nieuwe; mijn vader zou dan met de rodeo auto kunnen rijden. De Camso V8 heeft niet de brute kracht van de F1 Stock Car, maar heeft een vloeiendere rijstijl nodig. In Baarlo was het loeiend hard in de rechte stukken – hoe meer pK, hoe beter – hard remmen en relatief langzaam door de bochten. Deze Camso V8 zijn perfect gemaakt voor een korte baan.”



Val Hillebrand: een “Neder-Belg”: Nederlandse nationaliteit maar in Schilde bij Antwerpen wonende. Was in 2002 team genoot van Jan Lammers en Tom Coronel in de FIA Sportcars serie en eindigde achtste in de 24 Uren van Le Mans. Verder heeft hij de Indy Light Cars getest in Phoenix en de IRL cars in Las Vegas.

Voor een circuitkoereur, zonder enige ervaring op een kleine ovaal was hij na een tiental observatieronden, behoorlijk snel. Nog wat de ovaal techniek bijschaven en de racelijnen, welke anders zijn, dan op circuit, wat verbeteren en hij kan met de besten mee.

“Het is indrukwekkend. Als je het vergelijkt met circuit racen is dit moeilijker. We halen met de FIA Sportcars zeer hoge snelheden, maar de auto’s zijn zo perfect gemaakt met ESP, tractiecontrole , ABC en weet ik veel, dat ze veel gemakkelijker te besturen zijn dan deze monsters. Het interesseert mij geweldig”.



Wim Peeters, Camso V8 #9, was er niet bij, daar het schilderen van de auto niet af was. Het wordt grijs met kogelblauw en zilver.



Klaus Biester (D), uit de Hannover-regio, welke verleden jaar met Pasen naar Warneton komen kijken is, maar waarvan wij maar af en toe nog nieuws gehoord hebben, heeft ons vandaag gemaild dat de auto langzaam gereed komt. Hij zal der dit jaar zeker bij zijn, schrijft hij. Zijn auto heeft een carrosserie zoals de Panoz auto’s of de Toyota’s uit het IMSA kampioenschap.



Als dit alles bewaarheid wordt dan zal de Camso V8 klasse halfweg het seizoen en samen met de 2 (of 3) nieuwe auto’s, welke Camso zal bestellen, reeds 11 (of 12) auto’s aan de start hebben, een bijna vol veld. Langzaam begint bij Camso het idee te rijpen, om, indien de interesse voor de V8 klasse verder blijft stijgen, met een Pick-Up klasse met V8 motoren (zoals de Craftman Trucks in Nascar te starten.

bron: speedway.be